Sociale zekerheid

Iedereen die in Nederland woont, valt onder de volksverzekeringen. Ook wie hier werkt en daardoor loonbelasting betaalt, is verzekerd. Bepaalde groeperingen kunnen buiten het stelsel van sociale zekerheid vallen (asielzoekers). Naast sociale verzekeringen zijn er sociale voorzieningen, die een ontoereikend (gezins)inkomen aanvullen tot het sociaal minimum voor een bepaalde leefsituatie (zoals voor alleenstaanden, eenoudergezinnen, (echt)paren, gezinnen). Het stelsel van sociale zekerheid kent nauwelijks meer een onderscheid tussen gehuwde en ongehuwde paren. Toch is het stelsel niet in alle opzichten neutraal jegens het gezin en het huishouden. We geven daarvan enkele voorbeelden. De hoogte van de Algemene Ouderdomswet (AOW) verschilt indien de partner jonger is dan 65 jaar. De AOW voor het hoofd van een eenoudergezin is hoger dan de AOW van een alleenstaande, maar lager dan een (echt)paar waar beiden 65 jaar zijn. De Algemene Nabestaandenwet (ANW) kent geen verschil meer tussen vrouwen en mannen, de uitkering aan wezen is leeftijdsgebonden. De Algemene Bijstandswet (ABW) verplicht partners van bijstandsgerechtigden om werk te zoeken. Deze arbeidsplicht is ook in principe aanwezig voor hoofden van eenoudergezinnen die een bijstandsuitkering ontvangen, indien de kinderen ouder dan vier jaar zijn. Gemeenten hebben het recht van deze arbeidsplicht af te zien. In discussie is of deze arbeidsplicht (24 uur per week) ook moet gelden voor bijstandsmoeders met kinderen jonger dan vijf jaar. In de verschillende publicaties staan de veranderingen in het sociale zekerheidsstelsel of de toekomst van het sociale stelsel centraal. Een recente maatregel om ouderschap en zorg te combineren is het betaald zorgverlof. Ouders krijgen bij ziekte van hun kinderen of partner 70% van hun bruto-loon gedurende 10 dagen doorbetaald. De werkgever en de overheid betalen elk een derde deel van het zorgverlof.

Zie voor het sociale zekerheidsstelsel en knelpunten met betrekking tot het gezin:

  • T. Knijn en F. van Wel, Zorgen voor de kost, alleenstaande moeders en de nieuwe bijstandswet, Utrecht, 1999
  • Wetenschappelijk Instituut voor het CDA, Financieel en fiscaal beleid, in: De verzwegen keuze van Nederland, Den Haag, 1997, pp. 103-136
  • G. Kronjee, Veranderingen in de levenscyclus, demografische veroudering en collectieve sociale lasten, Utrecht, 1991.
Scroll naar boven