Maatschappelijke en natuurlijke ontwikkelingen

Het waterbeheer is in de twintigste eeuw gebaseerd geweest op beheersing van het water. Bij hoge rivierafvoeren en veel regenval wordt het water snel afgevoerd. Dat wordt gedaan om de grond optimaal te kunnen benutten voor de landbouw, infrastructuur en bebouwing. Hierdoor wordt er minder water in de grond vastgehouden. De toenemende verstening van het grondoppervlak, verharding door bebouwing, grondwateronttrekking en het groeiend aantal drainage- en rioleringstelsels dragen hier ook aan bij. Grotere schade door wateroverlast in lagergelegen gebieden, droogteschade voor de landbouw en verdroging van de natuur zijn het gevolg, terwijl men juist minder makkelijk dan vroeger wateroverlast accepteert. Ook klimatologische veranderingen zorgen voor nieuwe problemen. Rekening moet worden gehouden met intensievere regenval en langere periodes van droogte. Ten gevolge van de wereldwijde opwarming van de aarde zal de zeespiegel stijgen. Problemen die hierdoor worden veroorzaakt, worden versterkt door het proces van bodemdaling dat deels natuurlijk is maar tevens ontstaat door menselijk handelen, zoals door gas- en zoutwinning en grondwateronttrekking. Beide verschijnselen zorgen voor een groeiend hoogteverschil tussen water en land. Dit alles heeft gevolgen voor de waterafvoer, kustverdediging en waterkwaliteit. Ook het schaarser worden van drinkwater en bijgevolg de toename van hieraan gerelateerde kosten als gevolg van overbevolking en verontreiniging van het grondwater door overbemesting is een ontwikkeling waarmee terdege rekening moet worden gehouden. Onder invloed van de geschetste natuurlijke en maatschappelijke ontwikkelingen staat het waterbeheer de laatste jaren meer in de belangstelling. Het waterbeleid en –beheer ontwikkelt zich dan ook steeds verder van sectoraal naar integraal waterbeheer.

Scroll naar boven