Ontwikkelingen na 1945

De vernieuwingsbeweging in het Nederlands katholicisme heeft aan het einde van de jaren zestig nationaal en internationaal de aandacht getrokken om haar radicaliteit. Voor velen kwam deze beweging tamelijk onverwacht. Het georganiseerde katholicisme – sinds de jaren vijftig steeds meer als „verzuiling” gestigmatiseerd – breidde zich met succes uit: niet alleen het aantal katholieke organisaties en instellingen nam sterk toe, maar ook de deelname van de „cliëntèle” was opvallend groot. Naar buiten bloeide het katholiek leven dan ook als nooit tevoren. Intern openbaarden zich echter al aan het einde van de jaren veertig de eerste crisisverschijnselen, die in de tijd zelf werden begrepen als de strijd om een open of gesloten katholicisme. Die strijd speelde zich in de jaren vijftig nog grotendeels binnenskamers en binnenkerkelijk af, maar trad sinds het begin van de jaren zestig in alle hevigheid naar buiten. De „omgekeerde zuilwerking” zorgde ervoor, dat de opgekropte vernieuwingsdrang zich snel naar alle sectoren van het katholicisme kon verbreiden. Vrijwel gelijk met de revolutie, die vervolgens plaatshad in katholiek Nederland, zette ook een snel verlopend proces in van ontkerkelijking en ontzuiling.

Het lijkt voor de hand liggend een oorzakelijk verband te leggen tussen vernieuwingen en (vaak letterlijke) kerkafbraak. Dat verklaart in ieder geval waarom de kerkelijke leiding vanaf het begin van de jaren zeventig heeft getracht de vernieuwingen tot staan te brengen of zelfs terug te draaien. Juister lijkt het, vernieuwing en afbraak op te vatten als twee zijden van één medaille: een snelle inhaalbeweging van de Nederlandse katholieken om zich aan te passen aan de moderne Nederlandse samenleving. Voor velen was hun religieuze identiteit dermate verbonden geweest aan het emancipatiekatholicisme, dat de voltooiing van deze emancipatie een belangrijk fundament ontnam aan hun geloofsleven; mutatis mutandis kan hetzelfde gezegd worden van de vele katholieke organisaties en instellingen, die na 1965 deconfessio-naliseerden. Een belangrijk deel van de Nederlandse katholieken identificeert zich momenteel nog slechts gedeeltelijk met de kerkelijke leer. Voor velen betekent dit een hoge mate van indifferentisme; een veel kleinere groep is, in het spoor van de vernieuwingsbeweging van eind jaren zestig, begin jaren zeventig, bewust en actief zoekend naar een nieuwe identiteit in de moderne samenleving.

Literatuur

Bibliografieën:

  • L.G.M. Winkeler, “Geschiedschrijving sedert 1945 over het katholiek leven in Nederland in de negentiende en twintigste eeuw”, in: Trajecta, 5(1996), p. 111-133, 213-242
  • L.G.M. Spruit, Vijftig jaar KASKI-onderzoek 1946-1996. Sociaal-wetenschappelijk onderzoek, studie en advies ten behoeve van kerk en samenleving in Nederland, Nijmegen, 1996
  • J.P.A. van Vugt en B.M.L.M. van Son, Nog eens: godsdienst en kerk in Nederland, 1945-1986. Een geannoteerde bibliografie van sociaal-wetenschappelijke en historische literatuur, Hilversum, 1988.

Algemene literatuur:

  • W. Goddijn, J. Jacobs en G. van Tillo, Tot vrijheid geroepen. Katholieken in Nederland, 1946-2000, Baarn, 1999
  • L. Winkeler, Gegronde twijfel. Vier opstellen over de positie van intellectuelen in de katholieke kerk, Baarn, 1990
  • E. Simons en L. Winkeler, Het verraad der clercken. Intellectuelen en hun rol in de ontwikkelingen van het Nederlandse katholicisme na 1945, Baarn, 1987
  • Ph. Stouthard en G. van Tillo (red.), Katholiek Nederland na 1945. Opstellen aangeboden aan prof.dr. W. Goddijn bij gelegenheid van zijn afscheid als hoogleraar godsdienstsociologie van de Theologische Faculteit Tilburg, Baarn, 1985
  • T. Duffhues, A. Felling en J. Roes, Bewegende patronen. Een analyse van het landelijk netwerk van katholieke organisaties en bestuurders 1945-1980, Baarn, 1985
  • Van rooms naar katholiek. Ontwikkelingen in de katholieke kerk in Nederland, 1960-1982, Baarn, 1982
  • J. Bots, Zestig jaar katholicisme in Nederland, Venlo, 1981
  • J.M.G. Thurlings, De wankele zuil. Nederlandse katholieken tussen assimilatie en pluralisme, Nijmegen, 1971 (tweede vermeerderde druk: Deventer, 1978).
Scroll naar boven