Bijlage 3: Begrotingscijfers departementen 1850-1970

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1850-1910

1850

%

1880

%

1910

%

1. Huis des konings1

800

1,14

750

0,66

800

0,39

2. Hooge Collegien van Staat en Kabinet des Konings

519

0,74

604

0,54

719

0,35

3. Buitenlandse zaken

482

0,69

621

0,55

1.122

0,55

4. Justitie

2100

3,00

4.368

3,86

9.731

4,77

5. Justitie (afdeeling Roomsch-Katholyke Eredienst

6. Binnenlandsezaken

4744

6,78

7.584

6,71

35.104

17,21

7. De Zaken der Hervormde Eredienst, enz.

1624

2,32

8. De Zaken der Roomsch Katholyke Eredienst,enz.

526

0,75

9. Marine

5024

7,18

12.370

10,94

19.175

9,40

10. Oorlog

10.111

14,44

19.709

17,43

28.398

13,93

11. Financiën (Nationale Schuld)

37.316

53,29

27.933

24,71

36.579

17,94

12. Financiën (Departement en administratiën

6.553

9,36

17.775

15,27

26.930

13.20

13. Financiën (Afdeling Hervormde en andere Erediensten behalve die der Roomsch-Katholyke)

14. Waterstaat, Handel en Nijverheid

19.937

17,64

15. Waterstaat

34.153

16,75

16. Landbouw, Handel en Nijverheid

8.288

4,06

17. Koloniën

113

0,16

1.398

1,24

2.911

1,43

18. Onvoorziene Uitgaven

100

0,15

3

0,00

37

0,02

Totaal

70.012

113.051

203.947

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1911-1917

1911

%

1914

%

1917

%

1. Huis der koningin

1,0

0,48

0,9

0,25

0,8

0,12

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

0,8

0,38

0,8

0,22

0,9

0,13

3. Buitenlandse Zaken

1,2

0,56

1,6

0,45

2,3

0,33

4. Justitie

10,5

5,04

11,6

3,23

15,1

2,19

5. Binnenlandse Zaken

36,0

17,27

45,2

12,58

17,3

2,51

6. Onderwijs, Kunsten en Wetenschap

44,1

6,40

7. Marine

18,9

9,07

23,7

6,60

37,2

5,40

8. Oorlog

28,6

13,72

109,5

30,48

281,6

40,89

9. Financiën (Nationale Schuld)

36,8

17,65

40,2

11,19

46.1

6,69

10. Financiën (Departement en Administratie)

27,6

13,24

58,4

16,25

60,4

8,77

11. Waterstaat

34,9

16,74

49,6

13,80

16,7

2,43

12. Landbouw, Handel en Nijverheid

9,6

4,60

14,6

4,06

147,7

21,45

13. Arbeid

14,5

2,11

14. Koloniën

2,6

1,25

3,2

0,89

4,0

0,58

15. Onvoorziene uitgaven

Totaal

208,5

359,3

688,7

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1911-1917

1918

%

1921

%

1924

%

1. Huis der koningin

0,8

0,08

0,9

0,09

1,6

0,23

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

1,3

0,12

1,8

0,18

1,9

0,27

3. Buitenlandse Zaken

8,4

0,80

5,5

0,56

3,9

0,55

4. Justitie

22,6

2,15

37,0

3,74

26,2

3,73

5. Binnenlandse zaken

30,7

2,92

13,0

1,31

6. Binnenlandse zaken en landbouw

20,8

2,96

7. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

48,7

4,63

137,7

13,91

153,7

21,87

8. Marine

50,0

4,76

50,9

5,14

40,3

5,73

9. Oorlog

372,5

35,44

74,2

7,49

59,6

8,48

10. Nationale Schuld

48,3

4,60

82,5

8,33

106,4

15,14

11. financiën

113,1

10,76

343,4

34,68

120,6

17,16

12. Waterstaat

35,6

3,39

64,4

6,50

112,5

16,01

13. Landbouw, Handel en Nijverheid

298,2

28,37

76,7

7,75

14. Arbeid

15,7

1,50

94,6

9,55

15. Arbeid, Handel en Nijverheid

49,5

7,04

16. Koloniën

5,0

0,48

7,6

0,77

5,8

0,83

17. Onvoorziene uitgaven

Totaal

1050,9

990,2

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1911-1917

1918

%

1921

%

1924

%

1. Huis der koningin

1,4

0,21

1,7

0,20

1,8

0,22

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

1,8

0,27

1,9

0,23

1,9

0,23

3. Buitenlandse Zaken

3,8

0,57

4,1

0,49

4,2

0,50

4. Justitie

26,5

3,97

26,7

3,19

29,2

3,48

5. Binnenlandse zaken en landbouw

19,4

2,90

21,7

2,59

23,5

2,80

6. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

145,4

21,77

146,6

17,49

164,0

19,55

7. Marine

44,1

6,60

38,3

4,56

8. Oorlog

56,6

8,47

55,6

6,63

9. Defensie

100,1

11,93

10. Nationale Schuld

104,7

15,68

275,6

32,98

104,8

12,50

11. financiën

108,9

16,30

131,8

15,73

201,0

23,96

12. Waterstaat

84,8

12,70

56,0

6,68

124,8

14,88

13. Arbeid, Handel en Nijverheid

64,7

9,69

72,2

8,62

77,1

9,19

14. Koloniën

5,8

0,87

5,9

0,70

6,4

0,76

15. Onvoorziene uitgaven

Totaal

667,9

838,0

838,8

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1932-1938

1918

%

1921

%

1924

%

1. Huis der koningin

1,8

0,17

1,4

0,17

1,6

0,06

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

1,9

0,18

1,8

0,22

1,8

0,07

3. Algemene Zaken

0,1

4. Buitenlandse Zaken

4,4

0,41

3,4

0,42

3,8

0,15

5. Justitie

28,2

2,61

25,6

3,16

26,9

1,03

6. Binnenlandse zaken en landbouw

32,5

3,01

7. Binnenlandse Zaken

27,2

3,36

45,2

1,73

8. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

162,2

15,03

145,1

17,93

142,2

5,44

9. Nationale Schuld

383,5

35,55

145,9

18,03

1.814,0

69,41

10. financiën

205,5

19,05

156,1

19,29

259,7

9,94

11. Defensie

93,3

8,65

86,8

10,73

145,5

5,64

12. Waterstaat

98,9

9,17

56,2

6,95

63,9

2,44

13. Arbeid, Handel en Nijverheid

60,7

5,62

14. Economische Zaken

-1,9

-0,07

15. Sociale Zaken

110,8

13,69

97,0

3,71

16. Handel, Nijverheid Scheepvaart

25,7

3,18

17. Landbouw en Visserij

5,6

0,69

18. Koloniën

6,0

0,55

17,6

2,18

11,8

0,45

19. Onvoorziene uitgaven

Totaal

1.078,9

809,2

2.613,6

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1939-1945

1939

%

1942

%

1945

%

1. Huis der koningin

1,5

0,14

0,2

0,8

0,01

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

1,8

0,17

1,1

0,03

1,8

0,03

3. Algemene Zaken

0,1

0,01

0,1

4. id. Opbouwdienst

5. id. Arbeidsdienst

25,8

0,71

6. Algemene Oorlogvoering van het Koningkrijk

0,8

0,01

7. Buitenlandse Zaken

3,8

0,36

0,1

1,0

0,02

8. Justitie

27,9

2,67

71,0

1,95

31,5

0,62

9. Binnenlandse Zaken

49,7

4,75

87,1

2,39

408,2

8,03

10. Bureau van de Gevolmachtifgde

11. Directoraat-Genaraal van Politie

75,6

1,49

12. Onderwijs kunsten en Wetenschappen

144,7

13,84

198,5

3,90

13. Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming

158,4

4,35

14. Volksvoorlichting en Kunsten

8,8

0,24

15. Nationale Schuld

165,7

15,85

246,7

6,77

730,6

14,36

16. Financiën

173,8

16,62

762,9

20,93

1.618,4

31,82

17. Defensie

270,2

25,84

18. Commissariaat voor de belangen van de voormalige Nedelandse Weermacht

76,8

2,11

26,1

0,51

19. Continent

20. Oorlog

230,1

4,52

21. Marine

80,2

1,58

22. Waterstaat

59,6

5,70

75,1

2,06

23. Economische Zaken

28,9

2,76

24. Sociale Zaken

105,9

10,13

183,8

5,04

370,0

7,27

25. Handel, Nijverheid en Scheepvaart

139,0

3,81

26. Handel en Nijverheid

241,0

4,74

27. Bijzondere Economische Aangelegenheden

0,9

0,02

28. Dienst van de Gemachtigde voor de prijzen

9,5

0,26

29. Directoraat-Generaal van de prijzen

56,8

1,12

30. Landbouw en Visserij

105,0

2,88

31. Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening

600,1

11,80

32. Scheepvaart

16,6

0,33

33. Openbare Werken en Wederopbouw

328,3

6,46

34. Verkeer en Energie

68,5

1,35

35. Overzeese Gebiedsdelen

1,8

0,03

36. Koloniën

12,1

1,16

1,0

0,03

37. Onvoorziene uitgaven

38. Overige uitgaven

1.692,4

46,42

Totaal

1.045,7

3.645,7

5.086,7

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1946-1952

1946

%

1949

%

1952

%

1. Huis der koningin

1,8

0,04

1,8

0,04

4,8

0,08

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

7,9

0,17

3,7

0,07

4,5

0,08

3. Algemene Zaken

2,3

0,05

2,0

0,04

4. Buitenlandse Zaken

18,8

0,80

35,0

0,70

44,5

0,78

5. Justitie

126,0

2,72

136,8

2,72

137,1

2,42

6. Binnenlandse Zaken

274,2

5,92

190,3

3,79

198,5

3,50

7. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

272,2

5,87

350,2

6,96

481,5

8,49

8. Nationale Schuld

683,0

14,73

654,6

13,02

979,7

17,27

9. Buitengewone heffingen/aflossingen

563,8

11,21

86,5

1,52

10. financiën

1.127,5

24,32

843,3

16,97

829,1

14,61

11. Oorlog

296,4

6,39

456,8

9,08

933,2

16,45

12. Marine

240,1

5,18

286,7

5,70

392,3

6,91

13. Openbare Werken en Wederopbouw

336,0

7,25

14. Wederopbouw en Volkshuisvesting

166,6

3,31

167,1

2,94

15. Verkeer en Waterstaat

163,9

3,54

369,5

7,35

305,4

5,38

16. Economische Zaken

368,3

7,95

265,7

5,28

140,4

2,47

17. Lanbouw, Visserij en Voedsel voorziening

513,0

11,07

390,2

7,76

238,7

4,21

18. Sociale Zaken

203,0

4,38

270,5

5,38

19. Sociale Zaken en Volksgezondheid

584,1

10,29

20. Maatschappelijk werk

74,1

1,31

21. Overzeese gebiedsdelen

3,1

0,07

40,5

0,81

70,7

1,25

22. Onvoorziene uitgaven

Totaal

4.635,2

5.028,3

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1953-1959

1953

%

1956

%

1959

%

1. Huis der koningin

3,0

0,05

2,8

0,04

2,9

0,03

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

4,9

0,08

6,2

0,08

8,3

0,09

3. Algemene Zaken

2,1

0,03

4,1

0,05

3,2

0,04

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

14,2

0,16

5. Buitenlandse Zaken

79,8

1,27

176,5

2,26

245,7

2,72

6. Justitie

317,6

5,06

177,4

2,27

208,9

2,31

7. Binnenlandse Zaken

209,1

3,33

275,8

3,53

389,8

4,31

8. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

537,3

8,55

902,4

11,56

1.319,9

14,60

9. Nationale Schuld

934,2

14,87

989,5

12,68

1.118,4

12,37

10. Buitengewone heffingen/aflossingen

107,4

1,71

24,7

0,32

11. financiën

1.060,7

16,89

877,5

11,24

1.054,2

11,66

12. Oorlog

988,6

15,74

1.421,5

18,21

1.183,1

13,09

13. Marine

366,1

5,83

405,0

5,19

345,1

3,82

14. Wederopbouw en Volkshuisvesting

191,1

3,04

15. Volkshuisvesting en Bouwnijverheid

350,5

4,49

998,6

11,05

16. Verkeer en Waterstaat

319,1

5,08

596,1

7,64

637,4

7,05

17. Economische Zaken

204,2

3,25

212,0

2,71

168,2

1,86

18. Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening

267,9

4,26

445,4

5,71

692,3

7,66

19. Sociale Zaken en Volksgezondheid

598,3

9,52

721,8

9,25

525,9

5,82

20. Maatschappelijk werk

71,6

1,14

119,1

1,52

123,0

1,36

21. Overzeese Rijksdelen

18,6

0,30

97,7

1,25

22. Onvoorziene uitgaven

6,4

0,5

Totaal

6.281,6

7.806,4

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1953-1959

1953

%

1956

%

1959

%

1. Huis der koningin

3,0

0,05

2,8

0,04

2,9

0,03

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

4,9

0,08

6,2

0,08

8,3

0,09

3. Algemene Zaken

2,1

0,03

4,1

0,05

3,2

0,04

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

14,2

0,16

5. Buitenlandse Zaken

79,8

1,27

176,5

2,26

245,7

2,72

6. Justitie

317,6

5,06

177,4

2,27

208,9

2,31

7. Binnenlandse Zaken

209,1

3,33

275,8

3,53

389,8

4,31

8. Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen

537,3

8,55

902,4

11,56

1.319,9

14,60

9. Nationale Schuld

934,2

14,87

989,5

12,68

1.118,4

12,37

10. Buitengewone heffingen/aflossingen

107,4

1,71

24,7

0,32

11. financiën

1.060,7

16,89

877,5

11,24

1.054,2

11,66

12. Oorlog

988,6

15,74

1.421,5

18,21

1.183,1

13,09

13. Marine

366,1

5,83

405,0

5,19

345,1

3,82

14. Wederopbouw en Volkshuisvesting

191,1

3,04

15. Volkshuisvesting en Bouwnijverheid

350,5

4,49

998,6

11,05

16. Verkeer en Waterstaat

319,1

5,08

596,1

7,64

637,4

7,05

17. Economische Zaken

204,2

3,25

212,0

2,71

168,2

1,86

18. Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening

267,9

4,26

445,4

5,71

692,3

7,66

19. Sociale Zaken en Volksgezondheid

598,3

9,52

721,8

9,25

525,9

5,82

20. Maatschappelijk werk

71,6

1,14

119,1

1,52

123,0

1,36

21. Overzeese Rijksdelen

18,6

0,30

97,7

1,25

22. Onvoorziene uitgaven

6,4

0,5

Totaal

6.281,6

7.806,4

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1960-1966

1960

%

1963

%

1966

%

1. Huis der koningin

2,9

0,35

3,6

0,03

3,8

0,02

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

8,8

0,09

12,2

0,10

18,8

0,10

3. Algemene Zaken

3,5

0,04

5,0

0,04

13,6

0,07

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

25,3

0,27

62,4

0,51

41,4

0,22

5. Buitenlandse Zaken

267,5

2,84

267,2

2,16

393,2

2,10

6. Justitie

230,3

2,44

327,8

2,66

509,9

2,72

7. Binnenlandse Zaken

603,6

6,41

866,8

7,02

1.289,5

6,87

8. Binnenlandse Zaken (Nederlands Nieuw-Guinea)

34,9

0,28

9. Onderwijs en Wetenschappen

1.606,4

17,05

2.490,6

20,18

4.089,6

21,78

10. Nationale Schuld

1.055,7

11,21

1.420,4

11,51

1.497,5

7,98

11. financiën

538,0

5,71

400,8

3,25

747,7

3,98

12. Defensie

1.723,8

18,30

2.318,9

18,79

2.845,0

15,15

13. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

1.111,8

11,80

1.077,8

8,73

2.301,2

12,26

14. Verkeer en Waterstaat

756,1

8,03

1.161,1

9,41

1.928,3

18,27

15. Economische Zaken

135,6

1,44

270,6

2,19

401,5

2,14

16. Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening

700,7

7,44

843,6

6,84

1.023,3

5,45

17. Sociale Zaken en Volksgezondheid

521,0

5,53

613,0

4,97

1.071,2

5,71

18. Maatschappelijk werk

128,5

1,37

164,3

1,33

19. Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk

597,3

3,18

20. Onvoorziene uitgaven

0,3

0,7

0,4

Totaal

9.419,8

12.341,7

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1960-1966

1960

%

1963

%

1966

%

1. Huis der koningin

2,9

0,35

3,6

0,03

3,8

0,02

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

8,8

0,09

12,2

0,10

18,8

0,10

3. Algemene Zaken

3,5

0,04

5,0

0,04

13,6

0,07

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

25,3

0,27

62,4

0,51

41,4

0,22

5. Buitenlandse Zaken

267,5

2,84

267,2

2,16

393,2

2,10

6. Justitie

230,3

2,44

327,8

2,66

509,9

2,72

7. Binnenlandse Zaken

603,6

6,41

866,8

7,02

1.289,5

6,87

8. Binnenlandse Zaken (Nederlands Nieuw-Guinea)

34,9

0,28

9. Onderwijs en Wetenschappen

1.606,4

17,05

2.490,6

20,18

4.089,6

21,78

10. Nationale Schuld

1.055,7

11,21

1.420,4

11,51

1.497,5

7,98

11. financiën

538,0

5,71

400,8

3,25

747,7

3,98

12. Defensie

1.723,8

18,30

2.318,9

18,79

2.845,0

15,15

13. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

1.111,8

11,80

1.077,8

8,73

2.301,2

12,26

14. Verkeer en Waterstaat

756,1

8,03

1.161,1

9,41

1.928,3

18,27

15. Economische Zaken

135,6

1,44

270,6

2,19

401,5

2,14

16. Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening

700,7

7,44

843,6

6,84

1.023,3

5,45

17. Sociale Zaken en Volksgezondheid

521,0

5,53

613,0

4,97

1.071,2

5,71

18. Maatschappelijk werk

128,5

1,37

164,3

1,33

19. Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk

597,3

3,18

20. Onvoorziene uitgaven

0,3

0,7

0,4

Totaal

9.419,8

12.341,7

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1960-1966

1960

%

1963

%

1966

%

1. Huis der koningin

2,9

0,35

3,6

0,03

3,8

0,02

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

8,8

0,09

12,2

0,10

18,8

0,10

3. Algemene Zaken

3,5

0,04

5,0

0,04

13,6

0,07

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

25,3

0,27

62,4

0,51

41,4

0,22

5. Buitenlandse Zaken

267,5

2,84

267,2

2,16

393,2

2,10

6. Justitie

230,3

2,44

327,8

2,66

509,9

2,72

7. Binnenlandse Zaken

603,6

6,41

866,8

7,02

1.289,5

6,87

8. Binnenlandse Zaken (Nederlands Nieuw-Guinea)

34,9

0,28

9. Onderwijs en Wetenschappen

1.606,4

17,05

2.490,6

20,18

4.089,6

21,78

10. Nationale Schuld

1.055,7

11,21

1.420,4

11,51

1.497,5

7,98

11. financiën

538,0

5,71

400,8

3,25

747,7

3,98

12. Defensie

1.723,8

18,30

2.318,9

18,79

2.845,0

15,15

13. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

1.111,8

11,80

1.077,8

8,73

2.301,2

12,26

14. Verkeer en Waterstaat

756,1

8,03

1.161,1

9,41

1.928,3

18,27

15. Economische Zaken

135,6

1,44

270,6

2,19

401,5

2,14

16. Landbouw, Visserij en Voedsel voorziening

700,7

7,44

843,6

6,84

1.023,3

5,45

17. Sociale Zaken en Volksgezondheid

521,0

5,53

613,0

4,97

1.071,2

5,71

18. Maatschappelijk werk

128,5

1,37

164,3

1,33

19. Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk

597,3

3,18

20. Onvoorziene uitgaven

0,3

0,7

0,4

Totaal

9.419,8

12.341,7

Namen van de Begrotingshoofdstukken 1967-1970

1967

%

1970

%

1973

%

1. Huis der koningin

3,9

0,02

6,7

0,02

5

0,01

2. Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin

20,6

1,10

32,3

0,11

48

0,11

3. Algemene Zaken

10,0

0,05

13,3

0,04

18

0,04

4. Kabinet van de Vice-Minister-President

53,1

0,26

179,5

0,60

5. Kabinet voor Surinaamse en Nederlandse antille Zaken

216

0,50

6. Buitenlandse Zaken

339,2

1,64

517,1

1,73

765

1,78

7. Justitie

578,2

2,79

812,3

2,71

1.134

2,63

8. Binnenlandse Zaken

1.431,7

6,91

1.773,4

5,93

4.306

10,00

9. Onderwijs en Wetenschappen

4.645,8

22,42

7.332,4

24,50

10.067

23,37

10. Nationale Schuld

1.635,8

7,89

2.277,5

7,61

2.956

6,95

11. financiën

635,6

3,07

1.205,9

4,03

1.213

2,81

12. Defensie

3.222,2

15,55

4.016,0

13,42

5.190

12,05

13. Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

2.603,4

12,56

2.605,8

8,71

4.377

10,16

14. Verkeer en Waterstaat

2.069,2

9,99

3.379,3

11,29

4.358

10,12

15. Economische Zaken

377,6

1,82

698,1

2,33

1.068

2,48

16. Landbouw en Visserij

1.091,4

5,27

1.664,0

5,56

1.212

2,81

17. Sociale Zaken en Volksgezondheid

1.304,7

6,30

2.278,8

7,61

18. Sociale Zaken

2.850

6,62

19. Volksgezondheid en Milieuhygiëne

444

1,03

20. Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk

696,0

3,36

1.138,8

3,80

2.158

5,01

21. Onvoorziene uitgaven

0,5

0,8

656

1,52

Totaal

20.718,9

29.931,3

Noten

1. Vanaf 1900: 1 = Huis der Koningin

2. Vanaf 1890: Collegiën = Colleges; vanaf 1900: Des Konings = der Koningin

3. Vanaf 1910: Buitenlandsche = Buitenlandse; Binnenlandsche = Binnenlandse

4. Vanaf 1890: Finantiën = Financiën; vanaf 1910: Administratiën = Administratie

5. Vanaf 1912: 9 = Nationale Schuld; 10 = Financiën

6. Vanaf 1912: 12 = Landbouw, Nijverheid en Handel

7. Vanaf 1929: ontvangsten toegevoegd, in dit overzicht echter weggelaten

8. 1941-1944: 1 = Onderhoud (Koninklijke) Paleizen

9. 1942-1944: 2 = Hoge Colleges van Staat

10. Voluit: Bureau van de Gevolmachtigde voor de reorganisatie van de Nederlandse politie bij de departe menten van de Justitie en van Binnenlandse Zaken

11. Vanaf 1948: 9 = Buitengewone aflossing van Nationale Schuld en Buitengewone heffingen; vanaf 1950: 9 =Buitgengewone Aflossingen/Heffingen in 1985: 9 = Buitengewone aflossingen van Nationale Schuld

12. Vanaf 1950: 21 = Uniezaken en Overzeese Rijksdelen

13. Vanaf 1956: 21 = Zaken overzee

14. In 1963: 8 = Binnenlandse Zaken (Overdracht van Nederlands Nieuw-Guinea)

Bron: Uitgaven en ontvangsten 1850 t/m 1910 en 1911 t/m 1973;

Ministerie van Financiën, Directie Begrotingszaken, Bureau Begrotingsvoorbereiding; januari 1973; Den Haag.

Scroll naar boven