Vluchtigheid aanhang

De fluctuaties in de aanhang van partijen van verkiezing tot verkiezing vallen in deze periode forser uit. Vanaf de jaren negentig nemen de fluctuaties nog verder toe met een uitschieter in 2002. Het zijn niet de veranderingen in de samenstelling van het electoraat die daarvoor verantwoordelijk zijn, maar kiezers wisselen meer van partij en partijen zijn van verkiezing tot verkiezing in verschillende mate bij machte hun potentiële aanhang naar de stembus te krijgen. In de fluctuaties zit als regel een duidelijk nationale trend die voor piekuitslagen in zowel positieve als negatieve richting zorgt voor een of enkele partijen. Zowel nieuwe als bestaande partijen kunnen bij een bepaalde verkiezing een sterke groei in aanhang vertonen. Veel nieuwe partijen verliezen die steun weer bij een volgende verkiezing (bijvoorbeeld de Bejaardenpartijen in 1994 en 1998). D66 maakt al vanaf zijn oprichting ongebruikelijk scherpe wendingen mee in de mate van aanhang.

De wijzigingen in stemgedrag zijn in belangrijke mate nationaal. Dat wil zeggen dat het ruimtelijk patroon van de aanhang van partijen grotendeels in tact blijft. Van verkiezing tot verkiezing zijn de correlaties van de aanhang per gemeente voor een partij in de regel zeer hoog. Dit geldt echter niet voor alle partijen gelijkelijk (bijvoorbeeld minder voor een partij als D66) en ook niet voor alle delen van het land gelijkelijk. Men kan dit per gemeente zichtbaar maken per partij door de afwijkingen van de landelijke veranderingstrend te karteren en voor alle partijen samen door de swing, de som van de veranderingen in de proporties voor alle partijen uitgebrachte stemmen, te karteren met de landelijke swing als ijkpunt. Voor de verkiezingen van de jaren negentig is duidelijk sprake van veel meer fluctuatie in de zuidelijke provincies dan elders in het land. Stabielere verhoudingen dan de landelijke trend aangeeft vindt men daarentegen in het Noorden. Dit patroon geldt vermoedelijk ook voor de verkiezingen van 2002 ten opzichte van dat van 1998.

  • V. Mamadouh en H. van der Wusten, De electorale geografie van 1998. Continuiteit in soorten, in: Jaarboek Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, Groningen, 1998, pp. 144-176
  • V. Mamadouh, N.P.Passchier en H. van der Wusten, Hetzelfde maar toch verschillend. De verkiezingskaart van Nederland na de “aardverschuiving”, in: Jaarboek Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, Groningen, 1995, pp. 149-167. 
Scroll naar boven