Aantal raadsleden

Hoeveel leden er in een gemeenteraad zitten hangt af van het inwonertal van de gemeente. De Gemeentewet regelt dit in artikel 8. De volgende tabel geeft die verhouding weer.

Inwonertal

Aantal raadsleden

Aantal burgers per raadslid

0-3001

9

0-333

3001-6000

11

272-545

6001-10.000

13

461-769

10.001-15.000

15

666-1.000

15.001-20.000

17

882-1.176

20.001-25.000

19

1.052-1.315

25.001-30.000

21

1.190-1.428

30.001-35.000

23

1.304-1.521

35.001-40.000

25

1.400-1.600

40.001-45.000

27

1.481-1.666

45.001-50.000

29

1.551-1.724

50.001-60.000

31

1.612-1.935

60.001-70.000

33

1.818-2.121

70.001-80.000

35

2.000-2.285

80.001-100.000

37

2.162-2.702

100.001-200.000

39

2.564-5.128

Meer dan 200.000

45

4444

Het aantal raadsleden in Nederland daalt als gevolg van de gemeentelijke herindelingen: als er minder – maar wel grotere – gemeentes zijn, zullen er ook minder gemeenteraadsleden zijn. De volgende tabel geeft een overzicht van de daling:

 

Jaar

Maximale aantal

raadsleden

Feitelijk aantal

raadsleden

1998

10.384

10.349

2002

9.972

9.952

2006

9.610

9.562

2010

9.375

9.289

2011

9.168

2012

9.175

2013

9.087

2014

9.077

9.018

2015

8.897

2016

8.931

2018

8.863

1 Het betreft hier het maximale aantal raadsleden per 1 januari.

Bron: De staat van het bestuur, BZK, diverse jaren.

Zie de paragraaf Verkiezingsuitslagen vanaf 1946, subparagraaf Landelijk voor de landelijke verdeling van de raadszetels over de politieke partijen vanaf 1946.

Het totaal aantal gemeentelijke politici is door de Wet dualiseringgemeentebestuur toegenomen. Wethouders mochten immers niet langer in de raad zitting hebben. Het aantal lokale politici nam daardoor met 1500 toe. Het kabinet-Balkenende III diende dan ook een wetsvoorstel in om het aantal gemeenteraadsleden weer te verminderen, zie: Bijlage 30.902, Handelingen Tweede Kamer, 2006-2007, nrs. 1 e.v. Wijziging van de Gemeente- en Provinciewet i.v.m. de evaluatie van de dualisering van het gemeente- en provinciebestuur.

Dat voorstel werd door het kabinet-Balkenende IV echter ingetrokken.

In 2011 diende Heijnen (PvdA) een initiatief-wetsvoorstel in dat net als het wetsvoorstel van het Kabinet-Balkenende III het aantal lokale bestuurders terug te brengen tot het niveau van vóór de dualisering, zie: Bijlage 33.084, Handelingen Tweede Kamer, 2011-2012, nrs. 1 e.v. Voorstel van het lid Heijnen tot wijziging van de Gemeentewet i.v.m. het terugbrengen van het aantal gemeenteraadsleden tot op het niveau van voor de dualisering van het gemeentebestuur.

Het wetsvoorstel werd in februari 2013 door de Tweede Kamer aangenomen maar in juli van dat jaar verworpen door de Eerste Kamer.

Scroll naar boven