In de jaren zestig boekte de Boerenpartij van H. Koekoek opmerkelijke successen bij de Tweede Kamerverkiezingen (in 1963: 3 zetels; in 1967: 7 zetels). Ideologisch was de Boerenpartij moeilijk precies te plaatsen. Op economisch gebied wenste zij zo weinig mogelijk overheidsingrijpen, zeker op landbouwgebied. Daarnaast verlangde zij een sterk gezag en een „herkerstening” van het Nederlandse volk.
Wanneer de partij precies is opgericht is niet duidelijk. In 1958 nam de Boerenpartij in enkele plaatsen deel aan de gemeenteraadsverkiezingen. Dramatische tonelen rondom boerenprotest in het Drentse Hollandscheveld droegen bij tot het succes bij de verkiezingen in 1963. Vier jaar later groeide de aanhang vooral door de popularieit van „Boer Koekoek”, die in eenvoudige bewoordingen in het parlement de overheidsbureaucratie laakte en daardoor vele proteststemmen verwierf.
Na 1967 daalde de omvang van de aanhang van de Boerenpartij weer snel. Interne conflicten staken de kop op. In 1981 verdween de partij uit de Tweede Kamer, nadat zij vlak voor de verkiezingen haar naam had gewijzigd in de Rechtse Volkspartij.
Voor literatuur over de Boerenpartij, zie:
- A.H.M. Dölle, De Boerenpartij. Terugblik op een politiek verschijnsel, in: Intermediair, 7 september 1979, pp. 59-65
- A.T.J. Nooy, De Boerenpartij. Desoriëntatie en radikalisme onder de boeren, Meppel, 1969
- W. Stam, De Boerenpartij. Een politieke verkenning, Amsterdam, 1966
- K. Baartmans, Boer Koekoek, Amsterdam, 1966.