In de organisatie van bedrijven kan onderscheid worden gemaakt in:
- ondernemersorganisaties, die economische belangen behartigen
- werkgeversorganisaties, die sociale belangen behartigen.
Ondernemers willen hun handelingsvrijheid niet te veel laten beperken door wet- en regelgeving en willen onzekerheden op de arbeidsmarkt beheersen. Dit zijn belangrijke redenen om zich te organiseren. In de loop van de tijd zijn werkgeversverenigingen meer gaan samenwerken met overheden en zijn de loononderhandelingen met vakbonden steeds meer aangevuld met andere zaken, zoals scholing, uitvoering van wetgeving, strijd tegen beunhazen, arbeidsomstandigheden, arbeidsbemiddeling etc. In Nederland is het bargained corporatism sterk ontwikkeld. Zie over bargained corporatism: A. Crouch, Industrial relations and European state traditions, Oxford, 1993.
Hierin worden onderhandelingen ook gekenmerkt door samenwerking, compromisvorming en een agenda met vele onderwerpen waardoor de “koek” niet alleen wordt verdeeld, maar ook gepoogd wordt de koek te vergroten (zogenaamde positieve-som-spelen en win-win-situaties).
De activiteiten van werkgeversverenigingen kunnen worden onderverdeeld in:
- Overleg, onderhandeling en contractvorming met vakbonden (CAO’s, sociaal plannen, gezamenlijke aanbevelingen richting bedrijven)
- Lobby bij lokale, landelijke en Europese overheden (beïnvloeding wet- en regelgeving en beleid)
- Beïnvloeding publieke opinie via massamedia
- Vertegenwoordiging in advies- en bestuursorganen en fondsen op landelijk en sectoraal niveau (zoals scholing, pensioenen)
- Advisering, informatieverstrekking en andere dienstverlening aan de leden betreffende politieke ontwikkelingen, wetgeving, CAO’s, marktontwikkelingen, bedrijfsvoering en organiseren van verzekeringen
- Het bieden van mogelijkheden tot inspraak en meningsvorming en het stimuleren van onderlinge contacten, gezamenlijk onderzoek, productvernieuwing etc. in de branches (een platvorm)
- Onderzoek en beleidsontwikkeling
- Coördinatie met andere verenigingen (op vele niveaus en in verschillende vormen).
Mede vanwege Europese en nationale wetgeving over economische mededinging, zijn vroegere interne afspraken die teveel concurrentiebeperkend waren, niet meer mogelijk.