De Grondwet van 1848 was de eerste die een organieke wet voor provincies nodig maakte. Deze Provinciewet werd aangenomen in 1849. De Grondwet is terzake provincies, gemeenten, waterschappen en andere openbare lichamen laatstelijk gewijzigd in 1983. Vooral hoofdstuk VII artt. 123-132 hebben betrekking op provincie en gemeente. Provincies en gemeenten komen met elkaar overeen wat betreft:
- instellingen opheffing (art. 123)
- regelingen bestuur van eigen huishouding (artt. 124-125)
- de hoogste macht in het grondgebied, zijnde de gekozen vertegenwoordiging in provinciale staten respectievelijk gemeenteraad
- het recht eigen verordeningen vast te stellen (art. 127)
- het recht bevoegdheden van de hoogste macht te delegeren (art. 128)
- de grondslag waarop samenstelling en bevoegdheid van bestuur wordt geregeld (art. 132).