beëdigd |
27-8-1874 |
ontslag aangeboden |
27-9-1877 |
reden aftreden |
Moeilijkheden in verband met het onderwijsvraagstuk. Tussen regering en volksvertegenwoordiging bestonden moeilijkheden over de regeling van het lager onderwijs. Toen de liberalen bij de verkiezingen van 1877 de meerderheid verkregen, dwongen zij de regering bij het Adres van Antwoord op de Troonrede tot aftreden. |
afgetreden |
3-11-1877 |
zittingsduur kabinet |
1164 dagen |
Ministers |
|
BtZ |
Jhr. mr. P. J. A. M. van der Does de Willebois |
J |
Mr. C. Th. baron van Lynden van Sandenburg |
BnZ |
Mr. J. Heemskerk Azn. |
M |
W. F. van Erp Taalman Kip |
F |
Jhr. mr. H. J. van der Heim |
O |
A. W. P. Weitzel (27-8-1874 – 29-4-1875) Reden aftreden: geringe ingenomenheid met zijn beleid bij de behandeling van de vestingbegroting. |
H. J. Enderlein (29-4-1875 – 1-1-1876) |
|
Verwerping van de vestingbegroting door de Tweede Kamer. |
|
W. F. van Erp Taalman Kip (a.i.) (1 – 1 – 1876 – 1-2-1876) (zie M) |
|
Jhr. G. J. G. Klerck (1-2-1876 – 11-9-1876) Reden aftreden: verwerping van de wijziging van de militiewet. |
|
W. F. van Erp Taalman Kip (a.i.) (11-9-1876 – 30-9-1876) (zie boven) |
|
H. J. R. Beijen (30-9-1876 – 3-11-1877) |
|
K |
Mr. W. baron van Goltstein (27-8-1878 – 11-9-1876) Reden aftreden: verwerping van de wijziging van de militiewet. |
Mr. F. Alting Mees (11-9-1876 – 3-11-1877) |