Door echtscheiding of scheiding kunnen kinderen in een eenoudergezin opgroeien. Per jaar zijn een kleine 30.000 kinderen bij een echtscheiding betrokken. In de meeste gevallen krijgt de verzorgende ouder (veelal de moeder) de voogdij van de minderjarige kinderen toegewezen, de afwezige ouder (meestal de vader) is toeziend voogd. Na (echt)scheiding wordt in veel gevallen het affectieve contact met de andere ouder niet verbroken. De ouders kunnen zelf een omgangsregeling hebben afgesproken of de rechter heeft hierover een beslissing genomen. Kinderen van 12 jaar en ouder worden hierover door de rechter geraadpleegd. Het co-ouderschap is een nieuwe juridische vorm waar beide ouders voogd zijn. Uit onderzoek blijkt onder andere dat kinderen van gescheiden ouders het ouderlijk huis eerder verlaten. Zie voor de gevolgen van echtscheiding:
- A. de Graaf, Kinderen van gescheiden ouders, in: Demos, 1997 nr. 2, pp. 9-11
- A. de Graaf, De invloed van echtscheiding van de ouders op relaties van jongeren, in: Maandstatistiek van de Bevolking CBS, nr. 8, 1996, pp. 7-12.
Gescheiden ouders met kinderen kunnen hertrouwen of ongehuwd gaan samenwonen. In tegenstelling tot vroeger ontstaan dan nieuwe stiefgezinnen. Nieuw omdat de oude stiefgezinnen werden gevormd door het hertrouwen van een weduwe of weduwnaar. In deze nieuwe stiefgezinnen kunnen gecompliceerd opvoedingssituaties ontstaan, door de verschillende achtergronden van de kinderen en door de dubbele loyaliteit van de kinderen aan de verzorgende ouder, de stiefouder en de niet verzorgende ouder. Het is van belang dat stiefouders de relatie van het kind met de niet verzorgende ouder respecteren. Het opvoedingsklimaat is beschreven in: E. Spruijt, Volwassen worden in een kerngezin, eenoudergezin of stiefgezin, in: M. du Bois-Reymond en J. de Jong Gierveld (red.), Volwassen worden, generaties toen en nu: transities in de levensloop, Houten/Zaventem, 1993, pp. 73-92.
Na het overlijden van een van beide ouders of beide ouders wordt het kind wees respectievelijk halfwees. De overblijvende ouder blijft het gezag houden over minderjarige kinderen. In het verleden werd er daarnaast een toeziend voogd aangewezen. Het toeziend voogdijschap is afgeschaft. Indien beide ouders zijn overleden en er geen testament over het voogdijschap aanwezig is, wijst de rechter de voogd(en) aan.
Binnen het stelsel van sociale zekerheid biedt de Algemene Nabestaandenwet financiële steun voor de overblijvende ouder, de halfwezen en de wezen. Het rouwproces bij kinderen wordt onderschat. Zie onder andere: A. Michielsen, Doodzwijgen….omtrent verlies en rouw bij kinderen, in: Systeemtheoretisch Bulletin, nr. 3, 1996, 137-149.