In de periode 1994–1997 is er door beleidsvoerders gedebatteerd over het begrip gezin. Aanleiding hiervan was het door de Verenigde Naties in 1994 uitgeroepen Internationale Jaar van het Gezin. In Nederland is een nationaal comité opgericht om de verschillende activiteiten in dat jaar te coördineren. In opdracht van het comité is een nieuwe gezinsdefinitie opgesteld. Deze definitie is ruim en luidt: „elk leefverband van één of meer volwassenen die verantwoordelijkheid dragen voor de verzorging en opvoeding van één of meer kinderen”. In 1997 is deze definitie door het kabinet-Kok II overgenomen. De Nederlandse Gezinsraad heeft in de periode ook een enquête gehouden onder duizend ouders met de vraag wat onder een gezin verstaan wordt. Meer dan driekwart van deze ouders onderschrijft de definitie van het kabinet. Een meerderheid vindt echter ook dat echtparen zonder kinderen tot een gezin gerekend moeten worden. Zie: A. van der Avort, P. Cuyvers en C. de Hoog, Het Nederlandse gezinsleven aan het eind van de twintigste eeuw, Nederlandse gezinsraad (NGR), Den Haag, 1996.
Van belang is dat het wetenschappelijk instituut voor het CDA in 1997 een andere gezinsdefinitie heeft opgesteld die ook (echt)paren zonder kinderen tot een gezin rekent. Daarnaast heeft dit instituut duurzaamheid toegevoegd als kenmerk van een gezin. Deze definitie luidt: „elk leefverband waarin een volwassene duurzaam verantwoordelijkheid op zich heeft genomen voor een andere volwassene en/of voor de verzorging en opvoeding van eventuele kinderen”. Uit beide definities blijkt dat de verzorging en de opvoeding centraal staan en ook dat zaken als het huwelijk, het biologisch of sociaal ouderschap van minder belang worden geacht. Het geslacht van de opvoeders en verzorgers speelt geen centrale rol meer bij de grotere politieke partijen. Traditionele opvattingen over het gezin worden wel door de kleinere christelijke partijen onderschreven.
Dit gezinsdebat in de periode 1994-1997 is niet louter academisch van aard. Er dient een vorm van overeenstemming binnen beleidssectoren aanwezig te zijn om een mogelijk impliciet of expliciet gezinsbeleid te voeren. Bovendien speelt in veel beleidssectoren zoals het jeugd- en familierecht, het sociale stelsel en het belastingstelsel een gezinsdefinitie een rol. Ook binnen de Europese Unie is het gelet op de regelgeving een gezinsdefinitie van betekenis. De nieuwe gezinsdefinitie komt in de volgende publikaties aan de orde:
- Wetenschappelijk Instituut CDA, De verzwegen keuze van Nederland, Den Haag, 1997
- C. S. van Praag en M. Niphuis-Nell, Het gezinsrapport SCP, Rijswijk, 1997
- VWS, Notitie gezin, de maatschappelijke positie van het gezin, Rijswijk, 1996
- T. Jongma-Roelants en P. Cuyvers, Gezinnen van deze tijd, Kampen, 1995.