Dit kerkverband omvat 62 gemeenten (plus 1 in Canada) verdeeld in twee classes; 8 predikanten; circa 18.000 zielen.
Bij de vereniging van Ledeboeriaanse en Kruisgemeenten door ds. G.H. Kersten in 1907 tot Gereformeerde Gemeenten in Nederland en Noord-Amerika hield ds. L. Boone (1860-1935) zich afzijdig: hij wilde de psalmberijming van Datheen, het oude ambtsgewaad en de naam Oud-Gereformeerd niet opgeven. Hij bediende een twintigtal gemeenten, die in 1922 samengingen met enkele Gereformeerde Gemeenten, terwijl zich in de jaren dertig enkele Bakkeriaanse gemeenten (voortgekomen uit de prediking van de oefenaar Daniel Bakker) erbij voegden. In 1948 gingen de Oud-Gereformeerde Gemeenten samen met de Federatie van Oud-Gereformeerde Gemeenten, sinds 1912 geleid door ds. C. de Jonge. Hierbij voegden zich in 1952 nog enkele uitgetreden Christelijke Gereformeerde Kerken, waaronder die te Leersum met ds. E. du Marchie van Voorthuysen. Binnen de bevindelijke en behoudende Oud-Gereformeerde Gemeenten overheerst vermanende prediking, door predikanten en oefenaars; er is geen opleiding maar ordening van predikanten op grond van singuliere gaven naar artikel 8 van de Dordtse Kerkenorde.
Adres: ’t Achterdorp 17, Postbus 187, 3770 AC Barneveld.
Periodiek: Kerkblad der Oud-Gereformeerde Gemeenten in Nederland.
Literatuur:
- J.P. Zwemer, In conflict met de cultuur, Kampen, 1992
- H.A. Hofman, Ledeboerianen en Kruisgezinden, Utrecht, 1977
- M.A. Mieras, Ds. L. Boone herdacht, z.p.,1957.