Artikel 4, eerste lid, van de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis luidt: „Aan de Koning wordt ten laste van het Rijk het paleis Noordeinde te ’s-Gravenhage, het paleis Huis ten Bosch te ’s-Gravenhage en het paleis op de Dam te Amsterdam tot gebruik ter beschikking gesteld”.
Deze terbeschikkingstelling is in 2008 in de wet zélf opgenomen, daarvoor bevatte de wet een delegatiebepaling die werd ingevuld met het besluit van 15 juli 1980, houdende aanwijzing van paleizen als bedoeld in artikel 4 van de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis, 1980, Staatsblad 1980, nr. 435.
Alle kosten voor het in stand houden van de paleizen en het zogenaamde verbruikersonderhoud worden ten laste van het Rijk gebracht en worden uit de begrotingsgelden van de Rijksgebouwendienst betaald.
Paleis op de Dam
Het paleis op de Dam is oorspronkelijk gebouwd als stadhuis. Toen Lodewijk Napoleon Koning was geworden besloot deze het stadhuis als woning te gebruiken. In 1814 gaf Amsterdam het gebouw aan het koningshuis in bruikleen. In 1930 nam het Rijk het paleis definitief in eigendom over. Het paleis is nooit langdurig en regelmatig als woning gebruikt door een van de Oranjevorsten. Het wordt tegenwoordig voor een deel gebruikt voor officiële ontvangsten, staatsbezoeken, culturele activiteiten, muziekavonden, tentoonstellingen en dergelijke. Deels ook is het Paleis opengesteld voor het publiek.
Paleis Noordeinde
Het paleis Noordeinde (dat al in 1592 door de Staten van Holland ter beschikking werd gesteld van Louise de Coligny, weduwe van prins Willem van Oranje) is als woning gebruikt door Koning Willem I (tot diens troonsafstand in 1840), door Koning Willem III na diens huwelijk met Koningin Emma en door Koningin Wilhelmina en haar echtgenoot prins Hendrik. Na de Tweede Wereldoorlog koos Koningin Wilhelmina paleis Het Loo als haar domicilie. In 1973 besloot prinses Beatrix dat, als zij haar moeder zou opvolgen, zij paleis Noordeinde zou kiezen als huisvesting voor de uitoefening van haar functie (paleis Noordeinde als “werkpaleis”). In 1976 werd begonnen met de restauratie van het paleis, dat op 18 september 1984 (de derde dinsdag in september) officieel als „werkpaleis” in gebruik werd genomen.
Op 22 oktober 2009 drongen twee medewerkers van het televisie-programma Undercover in Nederland door tot Paleis Noordeinde. Dat leidde tot een verscherping van de veiligheidsmaatregelen, zie: Aanhangsel Handelingen Tweede Kamer
Paleis Huis ten Bosch
Het paleis Huis ten Bosch heeft sinds 1645, toen het gebouwd werd in opdracht van prins Frederik Hendrik en prinses Amalia van Solms, dienst gedaan als zomerverblijf van vele prinsen en prinsessen van Oranje. Na de dood van Koningin Sophie in 1877 kwam het leeg te staan om in de eerste helft van de twintigste eeuw weer vele malen tijdelijk bewoond te worden door leden van de koninklijke familie. Tussen 1950 en 1956 werd Huis ten Bosch hersteld van de tijdens de Tweede Wereldoorlog opgelopen schade. Onder Koningin Juliana werd het voornamelijk gebruikt voor representatieve doeleinden. Gedurende de periode 1975-1981 werd het paleis gerestaureerd en verbouwd om dienst te kunnen doen als woonpaleis voor de toekomstige Koningin Beatrix en haar gezin. In 1981 nam Koningin Beatrix Huis ten Bosch in gebruik als woning. Het dient tevens voor ontvangsten op beperkte schaal.
Soestdijk
Het domein van Soestdijk werd in 1795 staatseigendom en ingericht als vorstelijk verblijf. Het deed in de Franse Tijd dienst als buitenverblijf van Koning Lodewijk Napoleon. Daarna kreeg de Prins van Oranje, de latere Koning Willem II, paleis Soestdijk geschonken en is het, ook na diens dood, regelmatig bewoond geweest. In 1937 betrokken prinses Juliana en prins Bernhard Soestdijk. Gedurende het koningschap van Juliana (1948-1980) was Soestdijk de koninklijke residentie. Juliana en Bernhard bleven ook na de abdicatie van Juliana tot hun dood wonen op Soesdijk, dat op 1 januari 1971 door de Staat werd aangekocht. Sinds 2007 wordt nagedacht over een nieuwe bestemming voor het Paleis. In de tussentijd blijft het Paleis met culturele evenementen beperkt open voor publiek.
Op 6 juli 2015 ontving minister Blok een advies van oud-minister S. Dekker over uitgangspunten voor een nieuwe bestemming van landgoed en paleis Soestdijk. Het advies komt neer op een duurzame, openbaar toegankelijke bestemming met toeristische en recreatieve voorzieningen, die de regionale identiteit versterkt. Uit een openbare inschrijving voor serieuze en creatieve ideeën uit de samenleving waren eerst vier en in oktober 2016 drie inzendingen geselecteerd: Eden Soestdijk; Made by Holland en Nationaal Ensemble, zie:
Op 24 augustus beantwoordde minister Blok (Wonen en Rijksdienst) schriftelijke vragen van Pechtold (D66) over een nieuwe bestemming van landgoed en paleis Soestdijk. Pechtold wilde o.a. weten of de Rijksbouwmeester of het Rijksvastgoedbedrijf een (contra)advies heeft uitgebracht over het advies van de Ronde Tafel Paleis Soestdijk. Hij wilde verder weten welke objectieve criteria zullen worden gehanteerd om de meest geschikte herbestemmingsvoorstellen te selecteren voor nadere uitwerking. Volgens Pechtold dient verder de selectie plaats te vinden door onafhankelijke deskundigen. Tenslotte wilde hij weten wat er waar is van het gerucht dat de Koninklijke familie geen huur betaald heeft voor het gebruik van Paleis Soestdijk, al dan niet in weerwil van afspraken daarover. De antwoorden van Blok komen er op neer dat de Rijksbouwmeester geen (contra)advies heeft uitgebracht op het advies van de Ronde Tafel. De objectieve selectiecriteria zijn uitgewerkt gepubliceerd op www.biedboek.nl. Het profiel voor de onafhankelijke deskundigen wordt de komende tijd in overleg met provincie en gemeenten uitgewerkt. Tenslotte memoreert Blok dat het, mede gelet op de zeer lange staat van dienst van het Koninklijk paar, in de rede lag dat Paleis Soestdijk ook na de troonswisseling ten laste van het Rijk tot gebruik ter beschikking werd gesteld aan Prinses Juliana en Prins Bernhard.
Zie: Aanhangsel Handelingen Tweede Kamer, 2014-2015, nr. 3120
Het Loo
Paleis het Loo werd in 1815 staatseigendom. Het diende als zomerverblijf voor de regerende vorst. Koning Willem I (na 1830), Koning Willem III en Koningin Wilhelmina gebruikten paleis Het Loo intensief. Prinses Juliana heeft er een belangrijk deel van haar jeugd doorgebracht. Nadat Koningin Wilhelmina afstand had gedaan van de troon werd Het Loo haar permanente verblijfplaats tot aan haar dood. Prinses Margriet woonde er van 1967 tot 1975. In 1969 werd besloten dat het gebouw „Rijksmuseum Paleis Het Loo” zou gaan worden, gewijd aan het Huis van Oranje-Nassau en zijn rol in de Nederlandse geschiedenis. In de zomer van 1975 verhuisden prinses Margriet en haar echtgenoot mr. Pieter van Vollenhoven naar een nieuw gebouwde bungalow elders op het terrein. Tegenwoordig is het een museum dat 400.000 bezoekers per jaar trekt.
Voor gedetailleerde beschrijvingen van de geschiedenis van paleizen en hun bewoners, zie:
- R. Cohen Tervaert, Van koning Willem I tot koning Willem-Alexander. De rol van het Koninklijk Paleis Amsterdam bij de troonopvolging, Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam, 2013
- G.L. Mak, Het stadspaleis. De geschiedenis van het Paleis op de Dam, Amsterdam, Olympus, 2013
- B. Chevallier en M. van der Zwaag (red.), Koning Lodewijk Napoleon & zijn paleis op de Dam / Koninklijk Paleis Amsterdam, Amsterdam, 2012
- M. van Dijk, Het achtste wereldwonder : Koninklijk Paleis Amsterdam : de geschiedenis van het Paleis op de Dam, Amsterdam, 2011
- E-J. Goossens, Het Amsterdamse Paleis. Schat van beitel en penseel, Uitgeverij Waanders, 2011
- M. Jansen, E. Kurpershoek en P. Rem, Paleis Soestdijk. Drie eeuwen huis van Oranje, Waanders B.V., 2009. In dit boek met veel historische foto’s beschrijven kunsthistorici de geschiedenis van gebouw, park en bewoners
- T. Coppens, Tien vrouwen van Soestdijk, Baarn, 2007
- R.W.A.M. Cleverens, De Koningsvleugel. Geschiedenis van de particuliere appartementen in het Paleis Noordeinde. Een reconstructie, Hilversum, 2001
- J. W. van Steendelaar, Paleis Soestdijk en zijn bewoners, Soest, 1998
- R.W.A.M. Cleverens, Paleis Lange Voorhout, Amsterdam, 1994
- E. Elzenga, Het witte Loo. Van Lodewijk Napoleon tot Wilhelmina, 1806-1962, Apeldoorn, 1992
- A. I. J. M. Schellart, Huizen van Oranje. Verblijven van de Oranjes en de Nassaus in Nederland, Rijswijk, 1984
- J. G. Kikkert, Vorstelijke verblijven. Alle paleizen in Nederland en hun bewoners, Bussum 1983.
Bij de begrotingsbehandeling in oktober 2016 van de begroting van de Koning diende Recourt (PvdA) een motie in waarin de regering wordt verzocht te onderzoeken hoe en wanneer paleis Noordeinde en Paleis Huis ten Bosch voor het publiek opengesteld gaan worden. De motie werd aangenomen met de stemmen van PVV, de Groep Bontes/Van Klaveren, de ChristenUnie, de SGP, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk, 50PLUS, D66, GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP vóór. Zie: Bijlage 34.300 I, Handelingen Tweede Kamer, 2015-2016, nr. 7
Eind 2015 stuurde minister Blok de Kamer een brief over het reserveren voor groot onderhoud aan staatspaleizen; zie; Bijlage 34.300, XVIII, Handelingen Tweede Kamer, 2015-2016, nr. 45, Brief van de minister voor Wonen en Rijksdienst.
Volgens Rutte is er geen sprake van dubbele bekostiging. “Het gaat historisch ver terug en is juridisch complex,” aldus de premier.
Zie: TweedeKamer.nl.
Een maand later stuurde Rutte de Kamer een brief waarin hij de aankopen en de vergoedingen door de tijd heen op een rijtje zet. Het gaat daarbij om een overzicht van de algemene ontwikkelingen ten aanzien van dit onderwerp in deze eeuw en beide vorige eeuwen, verschillende paleizen en uiteenlopende begrotingsinrichtingen alsmede de actuele situatie.
Zie: TweedeKamer.nl