Spreekt men over de Tweede of Eerste Kamer dan doelt men vrijwel altijd op de plenaire vergadering van de leden van de betrokken kamer. De plenaire vergadering vormt het hoogste besluitvormende orgaan binnen elk der kamers van de Staten-Generaal.
De autonomie van de kamers komt onder meer tot uiting in het feit dat zij zelf hun werkzaamheden regelen.
Een vergadering van de Tweede, respectievelijk de Eerste Kamer, wordt belegd door de kamervoorzitter, danwel op schriftelijk verzoek van ten minste 15 leden van de Tweede Kamer, respectievelijk 7 leden van de Eerste Kamer.
De Tweede Kamer vergadert – buiten de recesperioden – in het algemeen op dinsdag, woensdag en donderdag, de Eerste Kamer op dinsdag.
In de eerste helft van 1993 heeft de Tweede Kamer op suggestie van de fractievoorzitters van CDA en PvdA bij wijze van proef niet op donderdag plenair vergaderd. De gedachte erachter was de leden meer gelegenheid te geven “het land in te gaan”. Na een half jaar kon de conclusie getrokken worden dat de donderdag als plenaire vergaderdag niet gemist kon worden.
Onderstaand overzicht laat het aantal plenaire vergaderingen van zowel Tweede als Eerste Kamer sinds 1960 zien.
Aantal plenaire vergaderingen |
||
---|---|---|
Zittingsjaar |
TK |
EK |
1960-1961 |
85 |
46 |
1961-1962 |
91 |
52 |
1962-1963 |
73 |
47 |
1963-1964 |
68 |
47 |
1964-1965 |
51 |
46 |
1965-1966 |
62 |
47 |
1966-1967 |
52 |
3871 |
1967-1968 |
66 |
39 |
1968-1969 |
78 |
44 |
1969-1970 |
98 |
35 |
1970-1971 |
78 |
44 |
1971-1972 |
92 |
36 |
1972-1973 |
82 |
26 |
1973-1974 |
101 |
35 |
1974-1975 |
109 |
35 |
1975-1976 |
108 |
37 |
1976-1977 |
88 |
29 |
1977-1978 |
75 |
22 |
1978-1979 |
106 |
34 |
1979-1980 |
106 |
33 |
1980-1981 |
92 |
40 |
1981-1982 |
93 |
31 |
1982-1983 |
107 |
41 |
1983-1984 |
104 |
38 |
1984-1985 |
107 |
41 |
1985-1986 |
94 |
37 |
1986-1987 |
101 |
39 |
1987-1988 |
105 |
36 |
1988-1989 |
93 |
37 |
1989-1990 |
93 |
34 |
1990-1991 |
108 |
37 |
1991-1992 |
103 |
35 |
1992-1993 |
95 |
37 |
1993-1994 |
93 |
40 |
1994-1995 |
101 |
37 |
1995-1996 |
109 |
40 |
1996-1997 |
107 |
38 |
1997-1998 |
97 |
37 |
1998-1999 |
105 |
38 |
1999-2000 |
102 |
37 |
2000-2001 |
102 |
39 |
2001-2002 |
98 |
36 |
Voor de volgende jaren zijn voor de Tweede Kamer cijfers per kalender jaar beschikbaar.
Jaar |
Aantal plenaire vergaderingen |
---|---|
2001 |
105 |
2002 |
91 |
2003 |
95 |
2004 |
97 |
2005 |
106 |
2006 |
100 |
2007 |
106 |
2008 |
111 |
2009 |
109 |
2010 |
98 |
2011 |
111 |
2012 |
103 |
2013 |
110 |
2014 |
108 |
2015 |
111 |
2016 |
113 |
2017 |
102 |
2018 |
110 |
Voor de Eerste Kamer zijn de volgende gegevens per zittingsjaar bekend;
Jaar |
Aantal plenaire vergaderingen |
---|---|
2008-2009 |
41 |
2009-2010 |
37 |
2010-2011 |
34 |
2011-2012 |
38 |
2012-2013 |
38 |
2013-2014 |
39 |
De leden tekenen een papieren presentielijst. In juli 2015 werd het mogelijk om ook op een andere wijze de aanwezigheidsregistratie in te voeren, bijvoorbeeld registratie door middel van het aanbieden van een toegangspas. Zie: Bijlage 34.186, Handelingen Tweede Kamer 2014-2015, nrs. 1 e.v. Wijziging van het Reglement van Orde i.v.m. de aanmelding op de presentielijst.
Het zogenaamde quorum bedraagt in beide kamers meer dan de helft – de kleinst mogelijke meerderheid – van het aantal zittinghebbende leden, dat wil zeggen in de Tweede Kamer 76 leden en in de Eerste Kamer 38 leden.
De reglementen van orde van beide kamers bepalen nauwkeurig de gang van zaken binnen een plenaire vergadering. In dit kader zijn vooral de bevoegdheden en taken van de kamervoorzitters van belang.
Van de plenaire vergadering van de kamers wordt door de stenografische dienst een woordelijk verslag gemaakt, de zogenaamde Handelingen; zie hiervoor paragraaf Geschiedenis van de uitgave van de kamerstukken en paragraaf Soorten kamerstukken.