Provinciale financiën 1990 in detail

De provincie dient jaarlijks een begroting op te stellen en een rekening te presenteren. Uit de rekening van 1990 blijkt dat alle posten op de gewone en de kapitaalsdienst met een negatief saldo worden afgesloten. Dit wordt gedekt vanuit de post ,,financiering en algemene dekkingsmiddelen”.

De provinciale inkomsten zijn opgebouwd uit:

  • algemene uitkeringen uit het Provinciefonds
  • specifieke uitkeringen van het rijk
  • inkomsten uit belastingheffing en leges.

De grootste bron van inkomsten wordt gevormd door de specifieke uitkeringen die in 1988 ruim 5,5 miljard bedragen. Zij zijn vooral afkomstig van de drie ministeries: Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieuhygiëne; Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur; en Verkeer en Waterstaat (ongeveer 3,2 miljard in 1988). Dit betreft bijvoorbeeld uitkeringen in het kader van de bejaardenoorden, de Wet uitkering wegen, stadsvernieuwing en bodemsanering. De omvang van de algemene uitkeringen is aanmerkelijk lager, namelijk ruim 1 miljard, en wordt opgebouwd volgens een vaste maatstaf: vast bedrag (42%), inwonertal (35%), oppervlakte (17%) en vaarwegen (6%). Het provinciefonds wordt gevuld uit de opbrengst van enkele rijksbelastingen. Het voornemen bestaat om de algemene uitkeringen substantieel te verhogen door overheveling van enkele specifieke uitkeringen.

Tabel 13. Uitgaven en inkomsten, algemene dienst 1990.

uitgaven

inkomsten

Saldi

1990

1990

1990

Gewone dienst

Algemene dienst

245

56

-189

Openbare orde en veiligheid

15

5

-10

Verkeer en vervoer

1848

1571

-277

Waterhuishouding

127

57

-70

Milieubeheer

702

534

-167

Recreatie

73

17

-56

Economische en agrarische

zaken

328

202

-126

Welzijn

3136

2702

-434

Ruimtelijke ordening en

volkshuisvesting

335

212

-123

Financiering en algemene

dekkingsmiddelen

259

1719

1460

Totaal Algemene dienst

7068

7075

7

Takken van dienst

1485

1485

Totaal

8553

8560

7

Kapitaaldienst

Algemene dienst

Algemene dienst

55

21

-34

Openbare orde en veiligheid

1

0

-0

Verkeer en vervoer

340

121

-219

Waterhuishouding

21

9

-12

Milieubeheer

135

85

-50

Recreatie

13

13

0

Economie en agrarische

zaken

244

171

-73

Welzijn

21

13

-8

Ruimtelijke ordening en

volkshuisvesting

50

50

Financierings en algemene

dekkingsmiddelen

1473

2111

637

Totaal Algemene dienst

2353

2595

242

Takken van dienst

409

405

-4

Totaal

2762

3000

238

Totaal Gewone dienst en

Kapitaaldienst

11315

11561

245

Bron: CBS, Statistisch Jaarboek 1993, p. 244.

Tabel 14. Opbrengst van provinciaal geïnde belastingen 1980-1992.

1980

1985

1990

1991

1992

Provincies

mln gld

Belastingen op inkomen en

Vermogen

Heffing op de waterver-

ontreinigen (gezinnen)

65

101

119

124

138

Opcenten motorrijtuigenbe-

lasting (privé-gebruik)

75

103

107

112

Kostprijsverhoogende belastin-

gen

Heffingen op de waterver-

ontreiniging (bedrijven)

38

55

67

67

74

Opcenten motorrijtuigenbe-

lasting (zakelijk gebruik)

104

142

147

155

Grondwaterbelasting

7

5

6

Rechten en vergunningen

6

8

5

22

29

Totaal provincies

109

343

452

472

515

Bron: CBS, Statistisch Jaarboek 1993, p. 251.

De eigen inkomsten van de provincie bestaan overwegend uit belastingen, leges en rechten en omvatten een bedrag van iets meer dan een 0,5 miljard. Deze bron van inkomsten is in de jaren tachtig sterk gegroeid (tabel 14), in het bijzonder door de opcenten die provincies sinds 1981 mogen heffen op de motorrijtuigenbelasting. Uit tabel 15 blijkt dat de provinciale inkomsten terzake in vergelijking met die van andere overheidsorganen de kleinste zijn.

Tabel 15. Opbrengst van alle door Rijk de publiekrechtelijke bedrijfsorganen, provincies, gemeenten en water- en zuiveringsschappen geïnde belastingen.

1980

1985

1989

1990

1991*

mln gld

Belasting op inkomen en ver-

mogen

54363

53878

67562

79955

91514

Kostprijsverhogende belastin-

gen

39415

48543

56667

61680

65529

Totaal

93778

102421

124229

141635

157043

w.v voor

Rijk

89513

96427

117182

134063

149041

Publiekrechtelijke be-

drijfsorganen

358

466

540

561

577

Provincies

109

343

428

452

472

gemeenten

2845

3795

4447

4844

5169

Water- en zuiveringsschap-

pen

953

1391

1632

1682

1784

Bron: CBS, Statistisch Jaarboek 1993, p. 252.

Een nieuwe bron van inkomsten is inmiddels gevonden in de structuursubsidies van de EG ten behoeve van bijvoorbeeld de revitalisering van havengebieden, de renovatie van monumenten, het bejaarden- en gehandicaptenbeleid.

Scroll naar boven