In 1997 werd door het RIVM de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 1997 gepubliceerd. Deze studie beoogt een omvattende en consistente beschrijving te geven van de huidige gezondheidssituatie in Nederland en van ontwikkelingen in het verleden en toekomst: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Volksgezondheid Toekomst Verkenning 1997. De som der delen, Utrecht, 1997.
De studie hanteert een model dat in essentie op het volgende neerkomt. De gezondheidstoestand wordt bepaald door determinanten en werkt door in het gebruik van zorg en daar aan verbonden kosten. Deze kunnen endogeen zijn (erfelijke factoren of verworven eigenschappen, zoals lichamelijke conditie, immuniteit) of exogeen (fysieke omgeving, leefstijlfactoren en sociale omgeving). De gezondheidstoestand geeft mede richting aan het gezondheidsbeleid. Dit beleid wil via de determinanten de gezondheidstoestand bevorderen. Dit gehele dynamische proces staat onder invloed van autonome ontwikkelingen (medisch-technologische, economische en sociaal-culturele ontwikkelingen). Deze vijf elkaar beïnvloedende factoren zijn in de studie nader gedetailleerd.
Enkele van de conclusies van deze omvangrijke studie luiden:
- Het verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen neemt af. In 2015 zal de levensverwachting van mannen 77,1 jaar zijn en 81,3 jaar voor vrouwen, tegen 74,6 respectievelijk 80,3 jaar in 1994. Deze winst in levensduur van vooral mannen wordt geboekt door en daling van de sterfte aan coronaire hartziekten, beroerte en longkanker. Bij vrouwen stijgt juist de sterfte door longkanker. De verhouding gezonde/ongezonde jaren blijft nagenoeg gelijk, zodat de stijgende levensduur gepaard gaat met een absolute stijging van de periode die in goede gezondheid wordt doorgebracht
- Gezondheidsverschillen nemen niet af. De verschillen zijn het grootst naar sociaal-economische status. Personen met een lage opleiding leven gemiddeld 3,5 jaar korter en brengen bijna 12 jaar minder door in goede gezondheid dan hoger opgeleiden. Gezondheidsachterstand is ook aanwezig bij arbeidsongeschikten, werklozen, alleenwonenden, ongehuwden, allochtonen en dak- en thuislozen. Behalve van lager opgeleiden zal de omvang van deze groepen tot 2015 sneller groeien dan die van de algemene bevolking
- Oorzaken van deze verschillen in gezondheid liggen vooral in een verhoogd voorkomen van risicofactoren als roken, alcoholgebruik, minder consumptie van groente, minder sport, maar ook in slechtere werk- en woononstandigheden en een geringere toegankelijkheid van zorgvoorzieningen. In theorie is dus nog een aanzienlijke gezondheidswinst te boeken
- Op basis van de toename van de bevolking en de vergrijzing moet tot 2015 gerekend worden met een aanzienlijke stijging van het aantal ziektegevallen, namelijk van 0,9-1,0% per jaar. Hierboven komt dan nog een stijging van de zorgomvang door epidemiologische veranderingen, medisch-technologische ontwikkelingen en veranderend vraaggedrag; deze factoren zorgen voor een extra groei van 1,1-1,2%, zodat in totaal de zorgomvang jaarlijks met circa 2,1% groeit.
Deze toekomstverkenning vindt periodiek plaats, namelijk elke vier jaar. Ze dient in elk geval ter voorbereiding van het gezondheidsbeleid.
In 1997 verscheen: Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, Volksgezondheidszorg, Den Haag, 1997.
In dit rapport wordt nagegaan welke de gevolgen zijn van de toekomstige technologische en – aan de hand van enkele scenario’s – demografische ontwikkelingen voor het zorgstelsel. Geconstateerd wordt dat het volksgezondheidbeleid als gevolg van de toenemende vraag in toenemende mate onder druk komt te staan. Waarborging op lange termijn van de toegankelijkheid en gelijke kwaliteit van de zorg voor iedereen noodzaakt tot het stellen van grenzen aan de collectieve verantwoordelijkheid. Dit is met name noodzakelijk om de solidariteit in de zorg te handhaven; zonder overheidsbemoeienis is de vereiste risicosolidariteit nauwelijks te realiseren. Aanbevolen wordt het volksgezondheidsbeleid te richten op een algemene sociale verzekering voor een basispakket van zorg en een vrije verzekeringsmarkt voor een aanvullend zorgpakket. Een methodiek wordt aangereikt voor het bepalen van het basispakket.
De Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling en de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg publiceerden in 1999 een gezamenlijk advies „Zorgarbeid in de toekomst; Advies over de gevolgen van demografische ontwikkeling van vraag en aanbod van zorg(arbeid)”. Voor dit advies, dat betrekking heeft op zowel de formele als de informele zorg, zijn enkele toekomstverkenningen verricht, zie:
- L.F.J. van der Velden, L. Hingstman en P.P. Groenewegen, „Verkenning van vraag- en aanbodontwikkelingen binnen de medische en paramedische zorg: knelpunten en oplossingen”
- J.K. van Dijk, H.K. Kanters, J. Pool en W. van der Windt, „Zorg voor werk. Naar managementinstrumenten van innovatief arbeidsmarktbeleid in de zorgsector voor de periode 1998-2010”.
Beide verkenningen zijn gepubliceerd in: Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling en Raad voor de Volksgezondheid en Zorg, Achtergrondstudies bij het advies Zorgarbeid in de toekomst, Den Haag/Zoetermeer, 1999.
Van de Commissie Sociaal-Economische Deskundigen van de Sociaal-Economische Raad verscheen: Sociaal-Economische Raad, Gezondheidszorg in het licht van de toekomstige vergrijzing, Den Haag, 1999.
Het rapport richt zich op de „vergrijzingsbestendigheid” van het huidige stelsel van gezondheidszorg. Hiertoe worden de lange termijn ontwikkelingen in de gezondheiszorg bestudeerd, vooral die over de toekomstige zorguitgaven. De ramingen van verschillende instellingen vertonen grote verschillen. Nadere studie van deze verschillen leert waar de belangrijkste onzekerheden betrekking op hebben.
Al vele jaren houdt ook de Stuurgroep Toekomstscenario’s Gezondheidszorg zich bezig met toekomstverkenningen. Enkele van de recente publicaties zijn de volgende:
- Niet buiten de boot: een toekomstverkenning naar de optimalisering van zorg en farmacotherapie bij schizofrenie en depressie, 1999
- Chronisch zieken en scenario’s genetica, 1999
- Verkenning van het drugsbeleid in Nederland. Feiten, opinies en scenario’s, 1998
- Toekomstscenario’s Voorspellende geneeskunde, 1998
- Een verzorgde toekomst: toekomstscenario’s voor verpleging en verzorging, 1997
- Aan de wieg van de toekomst. Scenario’s voor de zorg voor de menselijke voortplanting 1995-2010, 1995.