De Rekenkamer beoogt het functioneren van het Rijk en betrokken organen te toetsen en te verbeteren. De effecten van het werk van de Rekenkamer hangen af van de mate waarin door betrokkenen het Rekenkameronderzoek wordt gebruikt. De Rekenkamer kan niemand verplichten haar aanbevelingen te ondersteunen en op te volgen. Een belangrijk wapen om desalniettemin de aanbevelingen opgevolgd te krijgen is het in de openbaarheid brengen van de feiten, oordelen en aanbevelingen. In de pers krijgt het werk van de Rekenkamer over het algemeen ruime aandacht, evenals bij de Commissie voor de Rijksuitgaven van de Tweede Kamer waar de Rekenkamerrapporten worden besproken. Door deze openbaarheid kan het zijn dat Rekenkameronderzoeken een onderwerp op de politieke agenda worden en Rekenkameraanbevelingen worden opgevolgd.
De Rekenkamer publiceert niet alleen over nieuwe onderzoeken. Een belangrijk instrument om ervoor te zorgen dat tekortkomingen in het functioneren worden opgeheven, zijn de zogenaamde vervolgonderzoeken. In dit type onderzoek wordt nagegaan of de tekortkomingen die bij een eerder gepubliceerd onderzoek (twee tot drie jaar geleden) waren geconstateerd inmiddels door de verantwoordelijke bestuurders zijn verholpen. Door de vervolgonderzoeken creëert de Rekenkamer continue druk op bestuurders om manco’s in het functioneren op te heffen.
Overigens is het niet zo dat alleen na publicatie van een onderzoek verbeteringen in het functioneren van het Rijk worden doorgevoerd. Al tijdens een onderzoek worden manco’s verholpen en verbeteringen doorgevoerd.